KaskrakerHet begon al gelijk met een kaskraker. Philomena Bijlhout had verteld dat ze geen vriendjes was geweest met Bouterse. Fout. Dat bleek ze wel te zijn. Althans, ze had in politieke termen "connecties" met Bouterse. Reden genoeg om de kortste staatssecretaris ooit te zijn. Enkeltje naar huis. De eerste LPF-ster was geloodst.
De volgende die mocht vertrekken was een stuk minder spectaculair. Korthals was minister van Justitie geweest tijdens de bouwfraude-affaire en mocht daarom Balkenende-I verlaten. Het was het begin van een lange reeks bewindslieden die zouden moeten vertrekken onder Balkenende. Het was onrustig geworden in politiek Den Haag in 2002 en Balkenende heeft het nooit voor elkaar gekregen om de rust weer te hervinden
De volgende in de rij zorgde weer voor oudewets spektakel. Met de LPF-ers in het kabinet was er immers altijd vuurwerk. Daimler-liefhebber en "
ik ben snel, flitsend, zakelijk, heb verstand van platen en centen en kan dus minister spelen" Herman Heinsbroek was de volgende. Het boterde niet meer zo tussen Herman en de fractie. Herman besloot zijn biezen te pakken en dreigde met het oprichten van een eigen partij. Sindsdien is nooit meer iets van hem vernomen. De Daimler-rijders waren blijkbaar te beroerd om een handtekening te zetten in verband met de Kieswet. In hetzelfde schuitje huiswaarts zat mijnheer de Professor Eduard Bomhoff. Net als Heinsbroek had Bomhoff last van LPF-arrogantie. Een aanstekelijke kwaal die heftig in de fractie rondzwierf waardoor elke LPF-er zichzelf eigenlijk te slim, te goed, te wijs en te mooi achtte voor het vak.
Uiteindelijk donderde het hele kabinet en mochten de LPF-ers grotendeels naar huis en doen waar ze echt goed in waren: kankeren vanaf de zijlijn.
In Balkenende II, niet na vier jaar, maar al aangetreden in 2003, ging eerst staatssecretaris Nijs naar huis. Zij had haar baas (van der Hoeven) uitgemaakt voor van alles wat mooi en lelijk was en dat was klaarblijkelijk niet bevorderlijk voor de sfeer. Dag, dag. Zwaai, zwaai. Gelijk daarna werd het weer tijd voor het lozen van dat andere blok aan het been. Dit keer lag namelijk niet de LPF te stangen, maar zat D66 een beetje het zwarte schaap te spelen in het circus van het CDA en de VVD. Acrobaat J-P werd doodmoe van die vijfde, zesde en zevende wielen aan zijn wagen. Jurist de Graaf ging als eerste. Geen gekozen burgemeester, geen referendum, geen de Graaf. Simpel is dat en gelijk had die. In 2005 trok de D66-fractie de stekker eruit. Verdonk was het "keyword". Pechtold, Brinkhorst en van der Laan stapten op en klap daar ging het kabinet al weer languit. Balkenende besloot de reservewielen maar eens thuis te laten en met de belofte van vervroegde verkiezingen koos men de woelige wateren met Balkenende III. Hij had de grootvader van het CDA Ruud Lubbers in drie jaar geevenaard. Wie deed hem dat na?
Balkenende III sukkelde rustig verder. Sterker nog, voor het eerst in zijn politieke leven als minister-president leek Balkenende goed nieuws te kunnen brengen. Er werd gejubeld met Prinsjesdag. Maar in het zicht van de haven struikelen oproerkraaiers Donner en Dekker alsnog. Drie jaar lang hadden ze herrie over anti-terreur wetgeving en huurliberalisatie en dan moeten ze alsnog overboord. Schrijnend. Zeker daar Verdonk helemaal buiten beeld is gebleven. Formeel was de brandveiligheid niet haar verantwoordelijkheid, maar bij een dergelijke ramp kun je je sowieso afvragen wat politieke verantwoordelijkheid nog voor een betekenis heeft.
"Gaat het kabinet aftreden" vroeg iemand gisteren aan minister Zalm. De minister grijnsde even. "Lijkt me niet verstandig" zei hij. "Lijkt me niet verstandig." En daarmee bewees Zalm dat hij misschien wel de verstandigste man van het kabinet is; wat valt er immers nog af te treden (afgezien van het staatsrechtelijke unicum). Balkendende I, II en III hebben binnen vier jaar meer littekens opgelopen dan welk kabinet dan ook. Politiek afgebrand heet dat geloof ik. Maar hoeveel daadwerkelijk de eer aan hun voorbij laten gaan na 22 november....De securalisatie leek in 2002 zijn hoogtepunt te bereiken, het land was verdeeld, de politieke stemming omgeslagen en er kwam geen einde aan de vuile was. Het zou de gevestigde politieke partijen sieren om er voor te zorgen dat de komende vier jaar in ieder geval een 100% frisse ploeg aan het werk gaat. Hoe treurig ook voor Balkenende, maar een kabinet Balkenende IV lijkt mij in ieder geval niet verstandig. Driemaal is dit geval echt scheepsrecht. Scheepsrecht om lekker naar huis te kunnen varen.