dinsdag 25 maart 2008

Arid @ Melkweg

Arid staat na lange radiostilte en een soloproject van zanger Jasper Steverlinck weer op verschillende poppodia. Afgelopen vrijdag was de kleine zaal van de Melkweg aan de beurt. Een zaaltje waar ik nog nooit was geweest, althans ik had tot op heden alleen The Max van binnen gezien. De verschrikkelijke verhalen over het kleine, bedompte ouderwetse zaaltje van de Melkweg leken echter ietwat overtrokken, het zaaltje heeft eigenlijk iets heel knus. Je staat in ieder geval met je neus boven op de band. De huidge tournee van de Belgische band is met name ter ondersteuning van hun nieuwe album All Things Come In Waves, maar dit geldt zeker niet als het beste werk van de Steverlinck & Co. Hoewel het laatste album zonder meer enkele zeer goed in het oor liggende nummers bevat, met Words als hoogtepunt, tipt het niet aan het veel intensere All Is Quiet Now. Desondanks en niet in de laatste plaats door het fantastische stemgeluid van Steverlinck zet de band in de Melkweg een bijzonder strak klinkend optreden weg, met zelfs een kleine verwijzing naar de band waar ik ze ooit in het voorprogramma zag staan (Counting Crows). Arid is een band uit het rijtje Belgische pop dat de laatste jaren de toon zet of in ieder geval laat blijken dat de zuiderburen qua muziekscene een veel leuker repertoire hebben. Aan professionaliteit ook geen gebrek want het zonder blikken of blozen van Steverlinck gaf eerst de microfoon de geest (vakkundig gerepareerd door de roadie met het alom bekende gaffa tape) en vervolgens vlogen de snaren van zijn gitaar (even snel en vakkundig opgevangen door de roadie). Arid is een bandje om langs te gaan als ze in de buurt zijn, dat is een ding wat zeker is. Voor de overtuiging een You Tube linkje: Words.

vrijdag 21 maart 2008

Back to Black

Met de gegroeide liefde voor Adele, Amy (MacDonald) en Duffy werd het toch eens tijd dat ik ook de "Queen" van de nieuwe generatie zangeressen eens een kans gaf. Natuurlijk ik kende haar wel van de radio, maar eigenlijk nog iets beter van de krant. Het is lang geleden dat prive-beslommeringen zo op straat lagen. Maar dat leidt eigenlijk alleen maar af van datgene waar ze om wordt geroemd. Ik had de hype namelijk een beetje links laten liggen. Wist niet zo goed of ik het wel aankon. Dat donkere, duistere en zware stemgeluid. Die mix van stijlen. Die moeilijke teksten. Die hipheid. Maar ik kon er toch niet meer omheen. Om Back to Black gewoon eens te luisteren. In plaats van het alleen maar uit alle macht te vermijden. En ik was verkocht. Bij de eerste luisterbeurt. Natuurlijk het openingsnummer (Rehab) dendert al als een trein de huiskamer binnen, maar ook ieder nummer daarna blijkt dat overrompelde effect te hebben. Winehouse klinkt echt, puur, rauw, zwaar. Aanwezig. Ze kruipt bijna door de speakers je woning binnen. Zelden een album gehoord dat zo overtuigend haar plaats opeist. Amy Winehouse komt, ziet en overwint. Zelfbewust, zelfverzekerd, zelfstandig. Winehouse hoeft niet gekroond te worden, dat heeft ze zelf al lang gedaan. En met verve. Wat een plaat. Wat een talent. Wat een teksten. En wat kom ik daar weer laat achter...I cheated myself, like I knew I would. I told ya I was trouble, you know that I'm no good....
We'll live and die in these towns

Grote winderige pleinen. Alsof ze het er om doen. Op ontwerptekeningen en maquettes zien ze er altijd alleraantrekkelijkst uit. Groene bomen, mensen zitten en keuvelen op houten designbankjes, het aanwezige glaswerk weerkaatst de altijd stralende zon, een strak blauwe hemel steekt prachtig af tegen de open ruimte en er lopen altijd meisjes in frivole, fleurige en door zomerbriesje licht wapperende jurkjes. Op de 3D-tekeningen is het altijd een bijzonder genoegen om op zo'n plein mogen te vertoeven. Ik zie de glimlach van de architecten en projectontwikkelaars al glimmen als ze die meisjes inplakken in hun digitale tekening.

Op de gebouwen rondom dat magnifieke plein mogen de architecten hun creativiteit naar hartelust botvieren. Machtige kantoorcomplexen, met veel glas of juiste hippe uit zwarte bakstenen opgetrokken zuilen met een subtiel rood detail. Zonodig opgeleukt met kleurige aanlichting zodat het plein ook 's avonds een aangename plek is om te flaneren. Op de begane grond van die bouwwerken zitten in het plan altijd drukke restaurants, yuppenbars en dure kledingwinkels gevestigd. Daarboven komen de kantoren van werkgevers waar iedereen wil werken. Het is een plein waar je ziet en gezien mag worden.

Maar dat is de theorie van de Grote Pleinen. In de praktijk is dat heel anders, alleen hebben ze dat in Rotterdam nooit begrepen. Daar lijken ze verslaafd aan Grote Pleinen met hippe kantoorgebouwen en winkelgalerijen. Op Grote Open Pleinen met architectonische hoogstandjes aan de flanken. Zou er een architect zijn waarbij het water niet in de mond loopt bij het zien van zoveel bouwkundige kunstwerken. Waarschijnlijk wel, er zijn ongetwijfeld architecten die het niet zo op hebben met de Grote Pleinencultuur. Maar die hebben in Rotterdam dan vast ook nog nooit een opdracht mogen aannemen.

Grote Pleinen. Grijze, grauwe plekken waar de wind en regen vrij spel hebben en daarmee iedereen binnen no-time weg jagen van die verschrikkelijke plek. De prullenbakken zijn versierd met een laag graffiti, de bomen staan treurig in de wind te zwiepen met hun kale takken, de bankjes zijn nat en het hout begint al te schilferen. Mensen flaneren niet over het midden van het plein, maar lopen weggedoken in hun jas zo dicht mogelijk langs de gebouwen om maar zo min mogelijk last te hebben van de weergoden die het plein als speelveld hebben uitgekozen. Je ziet ze vloeken als ze langs een doorgang tussen twee gebouwen door moeten, want daaruit zuigt het Plein al haar lucht vandaan en probeert ze alles mee te nemen wat zij (is het Plein vrouwelijk?) onderweg tegenkomt. Starend naar deze taferelen vroeg ik me af of er in Rotterdam mensen met pleinvrees wonen. Want voor die mensen moet deze stad toch een hel op aarde zijn. Ik schudde mijn hoofd, sloeg mijn das nog twee keer om en ging voor de poging de overkant van het plein te bereiken. Op mijn mp3-speler klonk The Enemy, over de laatste hoop om Rotterdam niet geheel af te schrijven: We`ll live and die, we`ll live and die in these towns, don`t let it drag you down, don't let it drag you down...

zondag 16 maart 2008

Eetclub

Ze ligt stapelhoog in elke boekhandel en bij mijn voormalige werkgever was ze meestal ook weer verdwenen voor ze goed en wel de boekenkast in kon verdwijnen. Alle reden om te vermoeden dat de, overigens qua omvang vrij bescheiden boeken van Saskia Noort, enige kwaliteit bevatten. Zeker daar de Volkskrant klaarblijkelijk ooit heeft gereclameerd dat Noort op geen enkel vlak onder doet voor de veelgehypte voorbeelden uit Engeland. Mijn kennismaking met één van de Nederlandse thriller-auteurs die op de "bandwagon" van Nicci French zijn gesprongen was De Eetclub van Noort en eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat ik zelden minder heb begrepen dat een titel dermate grote aftrek vindt. De Eetclub glijdt vrij fantasieloos langs aan witte wijn verslavende vrouwen van middelbare leeftijd, met allerhande relatieproblemen en is daarmee een soort slechte combinatie van Gooische Vrouwen en Goede Tijden, Slechte Tijden. Daartussen door lopen enkele dubieuze sterfgevallen waarmee het boek klaarblijkelijk de titel thriller mag voeren. Het is mij onduidelijk waarom het boek niet gewoon in de Boeket- of Harlekijnreeks is verschenen, maar dat Anthos (uitgever) heeft moeten menen het boek van een sepia-cover te voorzien en er het onderschrift literaire thriller op te zetten. Mijn relatie met het Nederlandse thrillergenre heb ik in ieder geval naar aanleiding van dit boek voorlopig weer in de ijskast gezet. Ik zoek mijn heil wel weer bij Mankell's Midzomermoord.


De jongen in de gestreepte pyjama

Wel een absolute aanrader is het ontroerende De Jongen In De Gestreepte Pyjama (John Boyne). Een kinderboek/roman die inderdaad enigszins doet denken aan Het Wonderbaarlijke Voorval Met de Hond In De Nacht (Mark Haddon) en La Vita E Bella, maar bovenal een interessante invalshoek laat zien van de Tweede Wereldoorlog. De negenjarige Bruno laat een onbevangenheid zien die de wandaden van de Nazi's zo mogelijk nog onbegrijpelijker maakt en naar het einde een dermate grote kloof slaat tussen de onschuldige fantasiewereld van een negenjarige en de brute werkelijkheid van zijn vader dat er een onomkeerbare scheiding ontstaat. Een verhaal dat leest als een trein en toch stiekem iets moois maakt van iets zo ongelofelijks droevigs. Hulde!

vrijdag 14 maart 2008

Betonblokken in de Polder

"Het volgende station is Abcoude. Denkt u bij het verlaten van de trein aan uw prozacmedicatie. Deze trein gaat verder naar de volgende deprimerende betonblokken"

Afgelopen week had ik het genoegen te mogen reizen langs de meest deprimerende stations van Nederland op de lijn van Rotterdam CS naar Amsterdam Bijlmer Arena. In de eerste plaats bekruipt je in de NS Sprinter al het gevoel van een minderwaardige forens. Op keiharde stoelen, met je knieen tegen de stoel voor je, constant in ellebogengevecht met de forens naast je en om de vijf minuten een mechanische stem die het volgende blok beton in the middle of nowhere aankondigt. Je bevindt je in een soort schemerzone tussen een trein en een metro. Zo'n NS Sprinter is het allebei net niet en daarmee eigenlijk helemaal niks. Om je ontstane minderwaardigheidscomplex nog even te bevestigen wordt je ook nog even flink op je plaats gezet als de machtige Intercity van Rotterdam CS naar Amsterdam CS voorbij komt razen en de Sprinterwagonnetjes angstig opzij lijken te duiken voor zoveel grof geweld.

Maar het meest fatale van deze randstedelijke reis is toch wel beeld dat langs de ramen voorbij trekt. Spuuglelijke woonwijken, fantasieloze bedrijventerreinen, modderige bouwputten en kale vlaktes wisselen elkaar in hoog tempo af en temidden van al die ellende heeft NS Vastgoed haar betonblokken geplaatst. Plekken die door de metalige stem weliswaar stations worden genoemd, maar die hun naam op generlei wijze waard zijn. Het zijn grijze kolossen met een glazen hokje erop en een rookzuil op de uiterste hoek. Knappe jongen die zijn rookwaar op deze windtunnels aangestoken krijgt. Ferrari zou er een moord voor doen om de aerodynamica van haar nieuwste F1-bolide te testen op deze vernuftige windtunnels in de polder.

Nee het "trots op Holland" gevoel, dat is hip volgens Linda, was bij mij ver weg tijdens deze helse rit. Een gevoel van euforie maakte zich ook meester van mij toen ik weer in mijn oude vertrouwde Intercity mocht stappen. Dat degelijke monster dat met 160 km/h door de bossen van Brabant dendert. Laat al die projectotwikkelaars van de Randstad alsjeblieft hun neus richting de Noordzee houden en daar eilandjes gaan opspuiten en nooit, maar dan ook nooit richting het Oosten komen. God bewaar me.

donderdag 13 maart 2008

Editors @ HMH

Er wordt al jaren gestreden om de troon van de Britse popmuziek. Maakte Coldplay aan het begin van dit decennium met A Rush Of Blood To The Head nog aanspraak op de fel begeerde plaats aan de top, vorig jaar deden de Editors een gooi naar een notering in de hogere regionen met hun album An End Has A Start. Gisteren bevestigden de band in de HMH zonder meer dat de tweede helft van het eerste decennium van de 21e eeuw aan hun is, althans dat de kansen van Coldplay voorlopig zijn verkeken. De Editors zetten en strak geregiseerd optreden neer, waar de fabuleuze gitaarriffs van hun laatste album zonder meer overeind bleven. Tom Smith kan zich qua charisma en stemgeluid zonder meer meten aan Chris Martin en liet horen dat hij de grote bierhal met gemak in toom kon houden. Hoewel de band pas twee albums uit heeft, leek het optreden al een aaneenschakeling van 'greatest hits', hoewel de zaal pas echt ontplofte toen publieksfavorieten als All Sparks, Bones en The Racing Rats werd ingezet, stond het optreden vanaf het begin als een huis. Enig minpuntje was dat de band weinig aan het toeval overliet en er aldus weing werd geimproviseerd. Grootste verrassing was misschien nog de cover van Lullaby van The Cure die met verve werd gebracht, hoewel fervente You Tube bezoekers die verrassing ook al hadden kunnen ontdekken. Desalniettemin zal het in 2008 moeilijk worden om de band uit Birmingham van de troon te stoten en mag in ieder geval Coldplay wel van hele goede huize komen om dit jaar haar plaats aan de top van de Britse muziekscene weer veilig te stellen. De Editors zijn voorlopig in ieder geval de ongekroonde koningen van Cool Brittania.

dinsdag 11 maart 2008

Tracklisting 2002

Soms kom je iets tegen in je cd-collectie, een eigen gebrande verzamelaar, vol nummers waar je in 2002 een beter gevoel kreeg dan van welke LSD trip dan ook maar. Een opwarmer voor een zaterdagavond. Of gewoon om even de dagelijkse sleur te ontvluchten. Ik was hem alweer helemaal vergeten. Wat een album. En wat een uitsmijter.....Bigmouth strikes again I've got no right to take my place In the human race. De beste albums liggen niet in de platenwinkel, maar zijn moderne zelf gemaakte tapes, op een glimmend schijfje.....

1. Counting Crows - Mr. Jones
2. Tom Petty - Last Dance With Mary Jane
3. The Charlatans - One To Another
4. Stone Roses - Love Spreads
5. U2 -Angel of Harlem
6. Blur - Song 2
7. Supergrass - Pumpin' On Your Stereo
8. Oasis - The Girl In The Dirty Shirt
9. Coldplay - Yellow
10. Eddie Brickell - What I Am
11. Badly Drawn Boy - Disillusion
12. The La's - There She Goes
13. Levellers - What A Beautiful Day
14. Dandy Warhols - Bohemian Like You
15. Cast - Alright
16. Dodgy - Good Enough
17. The Smiths - Bigmouth Strikes Again
Mercy

De zaal was druk, de lucht was gevuld met rook, de lampen zwaaiden door de ruimte, in de verte stond een vrouw op het podium, de bas dreunde door mijn maag en ik voelde de witte wijn door mijn aderen stromen. Jongens lachten, vrouwen stonden te dansen, een zoete geur trok langzaam mijn neus binnen, de nacht was jong, donker en mysterieus. Ik keek om me heen, zag ogen heen en weer flitsen, hoorde flarden van gesprekken over vandaag en morgen. Jongens en meisjes flirtten, blikken werden uitgewisseld, er werd gedronken en bekenden omhelsden elkaar. De witte lampen draaiden in een cirkel om de vrouw op de podium. Ze liep naar de microfoon, de bas klom de stellages in en spreidde zijn vleugels over de zaal. Kroop mijn oren binnen in en klampte zich aan mijn spieren vast. Stilstaan werd onmogelijk, mensen schoven langs elkaar heen, drank werd gemorst op de dansvloer en het alles van het dagelijkse leven leek even heel ver weg. Ik zong fluisterend de woorden mee die de zangeres zong. Alles leek gehuld in een ruizende zwart/wit film over de jaren '30. Ik glimlachte en fluisterde: I love you, but I gotta stay true, my morals got me on my knees, I'm begging please stop playing games......Beggin' you for mercy...

zaterdag 1 maart 2008

Update

Pak uw agenda's, notebooks en blueberries maar weer tevoorschijn voor het noteren, opschrijven en markeren van enkele potentieel interessante nieuwe glimmende schijfjes. Hoewel in het verleden behaalde resultaten ook hier nimmer garantie geven voor weer een grijsdraaiplaatje, zijn de volgende plaatjes toch in ieder geval de aandacht waard:

Counting Crows - SNSM (17/03/08)
Elbow - The Seldom Seen Kid (17/03/08)
Kooks - Konk (14/04/08)
Coldplay - Prospekt (19/05/08)
Supergrass- Diamond Hoo Ha (24/03/08)
Death Cab For Cutie - Narrow Stairs (13/05/08)
Charlatans - You Cross My Path (12/05/08)