vrijdag 16 december 2011

Fysiotherapie

"Daar zitten we weer. Komt Jan niet?" -" Nee, die is weg met zijn zoon geloof ik. De kerstmarkt. Munster of zo?" De vrouw knikt en glimlacht. "Dus je zit hier al de hele tijd alleen". -"Nee" glimlacht de man, " ik zit hier samen met die aardige meneer"  en hij knikt bemoedigend naar mij. Ik knik even terug. Een korte glimlach. Ik schuif even in mijn stoel. -"U komt voor de fysiotherapie" vraag ik. Ze knikken instemmend. -"Versleten knieeen"  zeg de man. -"Versleten heup"  zegt de vrouw. "En u?" -"Nog niks versleten" lach ik, " ik kom gewoon voor de huisarts". Ze knikken en staren wat voor zich uit. De losse flodders in de wachtkamer van een huisartsenpraktijk.

Het is een ouderwetse wachtkamer. Met schrootjes aan de muur. Er hangt een soort speaker boven de deur naar de praktijkkamer. Vroeger werd je daardoor waarschijnlijk naar binnen geroepen. Ik hoorde het kraken van de speaker in mijn gedachten. "Janssen." En dan stond Janssen op. Hoed in de hand. Schuifelend. Voetje voor voetje. De kamer binnen van de alwetende. De huisarts. De alwetende. Dat is die al lang niet meer. En die speaker wordt ook niet meer gebruikt. Te onpersoonlijk. Te autoritair misschien ook wel. Het rode lampje doet het nog steeds. Rood als er een patient binnen is. Uit als de kust veilig is.

"Het zal wel de laatste keer zijn" sombert de vrouw. De man knikt. -"Heb jij thuis ook zo'n fiets". -"Wat zeg je"  vraagt de man. "Zo'n fiets" zegt de vrouw nog een keer. De man kijkt mij vragend aan. -"Wat zeg je nou?" -"Of je thuis ook zo'n fiets hebt?" -"Of ik naar huis fiets? Natuurlijk niet, ik fiets al jaren niet meer." De vrouw slaat haar ogen ten hemel. -"Volgens mij vraagt ze of u thuis ook zo'n apparaat heeft waar u op kan fietsen" zeg ik. "Dat heeft u denk ik hier wel he" en ik wijs naar de deur met het bordje "fysiotherapie" De ogen van de vrouw beginnen te glinsteren. -"Ja, hier hebben wel allemaal apparaten. Echt prachtig". -"Ik heb thuis zo'n stepding" zegt de man ineens. "Dus ik kan wel wat bewegen. Maar ja." Sombere blik. "Het is niet zoals hier he. Het is hier ook altijd wel gezellig. Zo met zijn drieen. Thuis ben je toch maar alleen". De woorden vallen in de stille wachtkamer. "Thuis ben je toch maar alleen". Ze zwijgen. Kijken weemoedig voor zich uit. "Alleen". De vrouw schraapt haar keel. Ze kijkt me aan. "Het is volgend jaar niet meer te betalen he. Ze haalt haar schouders op. "Vandaar."

Ik had er nog niet zo bij nagedacht. Maar dit waren ze. De slachtoffers van de bezuiniging. Ze zijn gelukkig met een fiets. Een loopband. En wat aanspraak. Een praatje een keer in de week. Een uurtje bewegen onder leiding van een fysiotherapeut. Goed voor lichaam en geest. Klein geluk op de vierkante meter. Er is geen geld meer voor. Gelukkig is er wel geld voor een missie in Kunduz met Playmobil politiepoppetjes, want anders was de wijsheid toch ver te zoeken in dit land.

Lees verder ----- 2012*

Geen opmerkingen: